ZUSJES

.

De kop is er af, het jaar is al dertien dagen oud en het leven gaat gewoon door. Elk jaar weer verwacht ik iets van een verandering te merken na de jaarwisseling, maar steeds word ik teleurgesteld. De enige merkbare verandering is dat cijfer in het jaartal, net als je gewend bent aan het laatste cijfertje is het weer tijd om te vernieuwen. Aan goede voornemens doe ik niet. Als je op enig moment vindt dat je iets zou moeten veranderen, dan moet je niet wachten tot een jaarwisseling, maar meteen actie ondernemen, denk ik. Vaak is het zo dat van uitstel ook afstel komt, dus actie werkt het best wanneer het idee tot verandering in je opkomt. Zelf heb ik niet zo’n behoefte aan verandering, maar de laatste paar maanden hebben me wel duidelijk gemaakt, dat je moet genieten van al het moois dat je tegenkomt. En van al het minder moois toch maar proberen iets positiefs te maken. Het leven is te kort om te piekeren en somber te zijn. Zielig zijn en zeuren kan altijd nog.

Zo waren we gisteren bij mijn zusje om haar gezelschap te houden, terwijl haar echtgenoot naar Den Haag ging voor de tweede verjaardag van zijn kleinzoon. Het idee dat ze de hele dag alleen zou zijn, stond me niet aan, dus die beslissing was snel genomen. Gisteren was tevens de verjaardag van ons in 2007 overleden andere zusje. Zij zou zeventig jaar geworden zijn. We hebben ’s morgens voor de verjaardag van de kleinzoon een heerlijk gebakje gegeten en ’s middags voor de verjaardag van ons zusje een lekker saucijzenbroodje. De tv stond aan om naar het schaatsen te kijken, maar we hebben meer zitten kletsen en lachen dan gekeken. Haar door de chemo kale hoofd is prachtig en als ze lacht, straalt ze echt. Het is een heerlijke ontspannen dag geworden, voor zusje, voor ons, maar ook voor zwager, die het stiekem toch wel fijn vond, dat wij zusje gezelschap kwamen houden. Dit soort dagen is onbetaalbaar.

.

SCHAATSEN

.

Mocht het u zijn ontgaan, wat me bijna onmogelijk lijkt, want de kranten staan er bol van en ook op tv is er geen ontkomen aan, de Olympische Winterspelen zijn bezig. En “wij” doen het goed. Heel goed. TE goed volgens heel wat mensen. We zijn oppermachtig bij het schaatsen en dat heeft er toe geleid dat een aantal deelnemers uit andere landen zich heeft afgemeld voor de tien km. Behoorlijk zwak als je het mij vraagt. Maar mij wordt niets gevraagd. Vanmiddag gaat die tien km dus van start en de dames en heren die er verstand van (denken te) hebben, rekenen zich al rijk waar het de medailles betreft, want natuurlijk komen de Nederlanders weer op plaats een, twee en drie. “Wij” zijn nou eenmaal het best van allemaal.

Ik word er een klein beetje moe van. Natuurlijk kunnen die jongens leuk schaatsen, heel wat beter dan ik in ieder geval. Niet dat dat zo moeilijk is, ik kan niet eens op schaatsen staan, maar houd eens op om die gasten regelrecht de hemel in te prijzen. Schaatsen is een sport en soms leuk om naar te kijken. Die sport wordt echter bedreven door gewone mensen zoals u en ik. Die verafgoding is wat mij zo tegenstaat. Helemaal als ik denk aan de boze gezichten die langskwamen nadat “slechts” zilver werd behaald. Hoe was de slogan van de OS ook alweer? Was dat niet “deelnemen is belangrijker dan winnen”? Zou er misschien iemand zo vriendelijk willen zijn om dat ook door te geven aan de deelnemers. Nu gedragen ze zich als verwende kinderen die net niet dat ene lekkere snoepje krijgen, omdat toevallig iemand anders eerder in de snoeptrommel graaide. Bah, wat een ego’s!

Oh ja, veel plezier bij het kijken.

.

IJSTIJD

.
We zitten alweer in de tweede helft van het jaar. De lengte van de dagen neemt weer af en ik heb dit jaar al twee keer buiten kunnen zitten. Had natuurlijk wel vaker gekund, als de zon en de temperatuur hadden meegewerkt. Buiten zitten met een jas aan en een das om, trekt me niet zo. Ik weet niet hoe het met anderen is gesteld, maar ik draag, ondanks de tijd van het jaar, nog regelmatig mijn winterkleding. Ik weiger echter nu nog mijn winterjas aan te trekken, hoewel dat af en toe geen overbodige luxe is.
Af en toe probeer ik het, lopen in zomerkleding, blote voeten met slippers. Maar het wil gewoon niet. Mijn lijf schreeuwt om warmte, het liefst die van de zon. Ik ben echter niks te beroerd om eventueel de kachel aan te doen, heerlijk staren in de vlammen en genieten van de warmte van het vuur.
Ik weet het niet hoor, maar al die verhalen over het opwarmen van de aarde (waar we momenteel nog maar weinig van horen trouwens), ik geloof ze niet. Heb ze nooit geloofd eigenlijk. Volgens mij is het tegengestelde waar, we gaan richting een nieuwe ijstijd. Let maar eens op. Binnenkort kunnen we het hele jaar door schaatsen op natuurijs. Ik niet, want ik kan helemaal niet schaatsen. Maar zij die het wel kunnen en het nog leuk vinden ook, kunnen hun hart ophalen. Of ze het dan nog zo leuk vinden, is maar de vraag. Wie zit er nou te wachten op een maandelijkse Elfstedentocht? Niemand toch zeker?
Al die zaken waar je subsidies voor kunt krijgen, zoals het isoleren van je huis e.d. Het advies om ’s avonds vooral de gordijnen dicht te doen om de warmte binnenshuis te houden. Zeg nou zelf, dat is toch niet nodig als de aarde opwarmt? Nee, geloof mij maar, de eeuwige winter komt eraan. Ik denk, dat ik toch maar een extra dikke winterjas aanschaf. Een warme bontmuts. En handschoenen. En een das. En……
Ja, het is hoogzomer. Hebben jullie het ook zo warm? Hoog tijd voor een ijsje. Niet voor een ijstijd.
.